Het Van der Stoel familiewapen
 
Het Van der Stoel familiewapen
 

Het wapen werd voor het eerst aangetroffen bij genealogisch onderzoek (stamboom-onderzoek) door W.J. van der Stoel en gepubliceerd in zijn "Familieboek Van der Stoel", Leiden, 1981. Het wapen kwam voor in de stukken van ene Jacob van der Stoel, geboren 1746 of 1747 te Hendrik Ido Ambacht. Deze vestigde zich na zijn huwelijk met Adriana van der Laan in 1771 in Oudshoorn. Daar was hij heemraad (lid van het polderbestuur) en kerkmeester (in de jaren 1793, 1794, 1797 en 1798). In die functies zegelde hij de door hem opgestelde stukken met dit wapen.

Het familiewapen dateert uit 1699 en is ook rond die tijd in de familie gekomen, vermoedelijk door huwelijk.



Omschrijving van het wapen:

Een schild gedeeld en doorsneden.
In één en vier rood: 5 passienagels (spijkers) van goud,
de punten naar het midden, elkaar rakend en de 5e er
paalsgewijs overheen.
In twee en drie van azuur(blauw): 3 gouden kepers.
Helmteken met uitkomende griffioen met omziende kop.

De griffioen wordt afgebeeld met het bovenlijf van een
Adelaar en het onderlijf van een Leeuw.
Hij is het symbool van de overwinnaar, die het verstand
van de Adelaar en de kracht van de Leeuw bezit.


Onderverdeling van het wapen:

Schild :
Het schild is het belangrijkste deel van het wapen. Het wapen kan zelfs alleen uit een schild bestaan. Het meest voorkomende is de schildvorm met de halve cirkel.

Helm :
De traliehelm vond de meeste toepassing. Waarschijnlijk werden helmen van dit type noch in de strijd, noch op het toernooi ooit werkelijk gedragen. Hij is van gepolijst staal of van zilver. De tralies en andere ornamenten (zoals de randen) kunnen van goud zijn. De helm is rood gevoerd, hetgeen te zien is aan de onderkant en door de tralies.

Helmtekens :
Vanaf het begin werden de wapenfiguren niet alleen op het schild aangebracht, maar ook op de helm. Vervolgens werden ook plastische figuren op de helm aangebracht, zoals leeuwen, waaiers, adelaars, etc.

Dekkleed :
Het gebruik hiervan zou uit de kruistochten stammen, waar het diende ter bescherming tegen de felle zonnestralen, iets wat men van de arabieren had afgekeken. Bovendien brak zo'n fladderend stuk stof de eerste kracht van een zwaardhouw. Het aldus gehavende dekkleed werd bladvormig uitgeschulpt en van kwasten voorzien.



Google.nl openen op nieuwe pagina   www   vanderstoel.nl